Go North - Noorwegen

Zaterdag 18 juli

Hmmm. Het is weer natter vandaag, maar dat kan de pret niet bederven. Goed op tijd vinden we een mooi plaatsje in de vintage groene wagonnetjes (de groene locomotief uit het boekje is ondertussen wel vervangen door een grijs exemplaar mét foto …) en vertrekken we de berg op. Ondertussen zien we weer veel watervallen en boven in Myrdal ligt er nog sneeuw en is het nog behoorlijk koud. Daar boven is eigenlijk niet zo veel te zien (zeker niet op een koude natte zomerdag) – er is geen enkele weg, enkel de spoorlijn Oslo – Bergen. Er stopt ook net een trein en er stappen passagiers bij op onze trein terug naar beneden. Onderweg krijgen we nog het betere klank – en dansspectakel bij de grootste waterval te zien (inclusief spectaculaire verdwijn – en verschijn truk!). Ik denk dat we al een preview van de volgende inzending voor het eurovisie-songfestival voor Noorwegen te zien hebben gekregen… ’s Middags zijn we gaan eten in het treintje dat beneden als restaurant was ingericht, en dan weer op weg via opnieuw die belachelijk lange tunnel waar we nu ons nu al zingend doorheen werken. Ook verder is het weer bijzonder mooi onderweg overal en we landen ’s avonds op een camping met links en rechts besneeuwde bergen en vlak aan onze voeten een meer. Noorwegen is overal mooi. Tijd om de barbeque nog eens boven te halen en dan lekker warm onder de wol.




Zondag 19 juli

Het is weer zondag, dus weer hoog tijd om ons uit te sloven. We rijden een stukje met de camper richting Jotunheimen (nationaal park waarin de hoogste toppen van Noorwegen liggen) en klimmen recht de berg op – een beetje bang dat het naar beneden komen moeilijker zal gaan. We doen een wandeling die door de Noorste toeristenbond (of hoe heten die lokale bergtrappers hier) wordt aangeraden voor kinderen vanaf 4 jaar – 2 kilometer en doenbaar in 45 minuten. Uit voorgaande ervaringen had ik kunnen weten dat die Noren over echte Viking-genen beschikken wat wandelen betreft en hun kinderen blijkbaar ook. Na een uur de berg op kruipen was het zicht echt weer geweldig mooi – er lag ook nog veel sneeuw – maar leek het ons wijs om niet persé nog naar de top te klimmen en dus rustig terug te wandelen. Berggeiten Robbe en Arthur deden dat bijzonder goed eigenlijk. Ze zijn bijna klaar voor de betere berghuttentocht. Terug aangekomen bij de camping hebben we nog maar eens gebarbequed (als het droog is wordt hij uitgehaald – en het is droog) en de jongens proberen ook marshmallows en tv-worstjes op een stokje boven het vuur te roosteren. Geen onverdeeld succes. Dit was onze droogste dag sinds lang. Maar nog steeds geen 15 graden. Ik begin de kou beu te worden, tijd om naar het zuiden te trekken.




Maandag 20 juli

Het is mooi weer vandaag; weer op pad richting Oslo. De bergen worden langzaam minder hoog onderweg, maar het landschap blijft mooi met bossen, meren, heuvels en beekjes. In de namiddag komen we toe op een ‘camperparking’ in een haventje in de buurt van de hoofdstad. Vermits het centrum maar 4 kilometer verder is en er een fietsautostrade naartoe lijkt te gaan is het nog eens het moment om de fietsen van de fietsendrager te halen. Stoer hoor, zo helemaal naar de stad fietsen. We hebben hier wel wat bekijks met onze aanhangfietsen, maar ik ben toch blij dat we ze bijhebben. In Oslo zelf kan je op een uur eigenlijk al veel doen: via het stadhuis naar het parlement en via het hardrock-café (is het mogelijk dat het legendarische café “studenten” verkocht werd aan de Amerikanen?) naar het koninklijk paleis. Waar het weer even regende, maar de zon bleef toch schijnen. We zijn langs de waterkant nog iets gaan eten (Robbe had dringend een portie echt Noors roze visje nodig) en hebben nog een wafelke getankt voordat we terugfietsten Weer flinke toeristen geweest vandaag, hoewel Arthur nog graag op de lokale ‘trik’ had gezeten… (heb maar niet te veel reclame voor de lokale tunnelbana gemaakt).



Dinsdag 21 juli

Nationale feestdag in België en ik weet niet hoe het thuis zit, maar de drash nationale heeft hier bijna de hele dag geduurd. Niet getreurd, dat hadden we gisteren al voorzien. In de voormiddag gaan we langs het vikingschip-museum. Ze hebben in de buurt van Oslo verschillende vikingboten opgegegraven – die werden gebruikt als graf voor belangrijke personen en dan gevuld met schatten en begraven. Er waren boten van meer dan 1 000 jaar oud en ook nog wat sleeën en andere voorwerpen die in Valhalla nuttig zouden kunnen zijn (tenminste als de Valkieries je meenemen). Jawel, we hebben ook aan onze viking-mythologie gewerkt via een plakboek voor de jongens (we kunnen ondertussen al Frey van Thyr onderscheiden!). Verder onderweg richting zuiden, en het stopte ook wat met regenen. Onze zoektocht naar een kampeerplaats leidde ons dit keer langs zeer spannende smalle wegjes en havendorpjes tot we uiteindelijk strandden (zeer letterlijk) op een kleine camping langs het water. Ook de kust onder Oslo is heel mooi; wel heel rotsig en met verschrikkelijk moeilijk te berijden wegen (zeker met ons groot masjien). ’s Avonds de hangmat nog eens uitgehangen en de zeesterren en kwallen nog goeienacht gaan wensen voor we weer ons bedje inkropen.






Woensdag 22 juli

In de voormiddag nog een beetje op de camping rondgehangen. Goeie vangst van enkele krabben, wat zeesterren en nen hollander van pakweg 10 waar we niet meer vanaf geraakten. Tijd om de camping te ontruimen en een fatsoenlijk strand te gaan zoeken. Dat lijkt niet zo evident in Noorwegen. Wat een Noor onder strand verstaat is voor de rest van de wereld gewoon een strook zand van 2 meter tussen wat rotsten. Dan maar verder gereden naar wat in de boekjes het mooiste strand van Noorwegen wordt genoemd. Hier was de zandstrook toch al een 100-tal meter schat ik. Maar wel mooi zicht op wat rotseilandjes in de verte en een vuurtoren. Veel stoere vikings zaten er niet in de zee (ik begin trouwens die vikings stilaan te begrijpen:  bij maximumtemperaturen van 15 graden in de zomer en donkere koude winters zou ik ook van miserie gaan plunderen in meer zuidelijke gebieden) maar die van ons zijn niet te stoppen. Arthur begint zeehond-achtige eigenschappen te vertonen en lijkt ondertussen bestand tegen het koude zeewater… Maar misschien volgend jaar toch gewoon een warmer bestemming aan zee zoeken? ’s Avonds zijn we naar Kristiansand gereden, waar we morgen de boot zullen nemen richting Denemarken. Daar hebben we nog een laatste keer Noors gegeten en dan zijn we in de rij gaan staan aan de ferry. Het voordeel van zo’n camper is dat je gewoon in de rij kan slapen, het is eens iets anders en zo hebben we tenminste één keer “wild” gecampeerd in Noorwegen.



Reacties